De vaarwater specialist van Nederland

Vaarroute Turfvaart/Toervaart

Bareveld – Kielwindeweer – Zuidlaardermeer

sluizen 3

hoogte 3m (2 vaste bruggen)

diepgang 1.20m

afstand ca 25km

Deze in 2008 geopende route wordt beschreven van Zuid naar Noord. Komend vanuit de richting Stadskanaal gaan we bij Bareveld onder de spoorbrug door en dan bakboord uit. Het Batjeverlaat, dat ons normaal gesproken naar Veendam zou voeren, laten we aan stuurboordszijde liggen. Na ongeveer 100 meter is er aan stuurboordszijde een aanlegplek met een meldpaal. Op die paal bevindt zich de meldknop voor de begeleide vaart naar het Zuidlaardermeer. Volgens de informatie vindt die begeleiding op gezette tijden plaats (08:00, 13:00 en 14:00 uur), maar als het rustig is, wordt daarvan wel afgeweken.


Meteen na het vertrek is er de eerste brug, die onder een hoek van 90º “genomen” moet worden. Vanaf dat moment varen we de wereld van de veenkolonieën in. Eerst een heel schilderachtig en erg groen stuk, later een meer verstild en wijdser landschap dat een goed beeld geeft van hoe het er vroeger moet hebben uitgezien: de tijd lijkt er te hebben stilgestaan. Via het Grevelingskanaal en het Eexterveensche kanaal. Verlaat bevaren we een smal vaarwater met aan weerszijden kleine huizen, boerderijen, monumentale landhuizen (soms alleen bereikbaar via een “draai”, zo’n typische bijzonder fraaie gietijzeren draaibrug uit het einde van de negentiende eeuw), alles in die zo typerende lintbebouwing van Eexterveensche Kanaal. Overigens kan men ook in tegengestelde richting varen, de vertrektijden zijn dan 08:00, 10:10 en 13:15 uur. Vertrekt men om 15:25 uur, dan moet men overnachten in Kiel-Windeweer.


Onderweg zullen we 20 klappen, draaien en tillen passeren, en ook nog driemaal door een sluis of verlaat moeten, begeleid door twee brug- en sluiswachters die ons de gehele weg per bromfiets zullen vergezellen en “om-en-om” de diverse kunstwerken bedienen en ons eventueel behulpzaam zijn bij het afmeren, zodat we nagenoeg non-stop kunnen doorvaren. In het gehele vaarwater geldt een snelheid van ten hoogste 6 km/h. Onderweg is een aantal fraaie aanlegplaatsen, en wie daarvan gebruik wil maken, kan met de begeleidende brugwachters de afspraak maken dat hij of zij morgen weer verder wil varen. Dat is geen enkel probleem. Zo’n aanlegplek is er bijvoorbeeld in Annerveensche Kanaal, waar een zeer scherpe bocht naar stuurboord is, vrij kort daarna gevolgd door een even scherpe bocht naar bakboord. In die eerste bocht ligt een prachtig landhuis, ’s zomers prachtig verscholen in het groen.


Tenslotte komen we in het dorp dat de samenvoeging is van Kiel en Windeweer. Daar gaat de tocht bakboord uit de Leinewijk in, in de richting van het Zuidlaardermeer. Na alle bruggen en sluizen nemen we afscheid van de brugwachters en kunnen we naar keuze genieten van het landschap op de aanlegplek bakboord na de laatste brug, of doorvaren het Zuidlaardermeer op. Daar is het zaak om vooral binnen de betonning te varen, want het Zuidlaardermeer is niet diep. Komend vanuit het Kieldiep kan men het meer oversteken en koersen op de uitkijktoren die aan de overzijde is gebouwd, om vervolgens in de vaargeul die van zuid naar noord gaat stuurboord uit te gaan, richting Camping Meerwijck. (Vaart men in de andere richting dan is er eveneens een uitkijktoren waarop men kan koersen om de ingang van de Leinewijk te vinden). Daar houden we bakboord aan (let op het fietspontje nabij de camping aan het einde van het Zuidlaardermeer). We varen nu het Drentse Diep op, een kronkelend vaarwater dat uiteindelijk uitkomt in het Winschoter Diep. Voordat we daar zijn, varen we door een natuurgebied met onder meer Zilverreigers en Schotse Hooglanders, terwijl we aan bakboord poldermolen De Biks in de Onnerpolder zien staan. Als we in het Winschoter Diep zijn aangekomen (eerst nog onder twee vaste bruggen door), kunnen we stuurboord uit, waar vrijwel meteen achter de bocht een goede aanlegplek is gelegen, of bakboord uit richting Groningen